Rouwgedichten en overlijdensgedichten zijn een verzameling van gedichten die een antwoord geven op gevoelens met betrekking tot sterven en rouwverwerking.
Rouwgedichten, overlijdensgedichten
Deze verzameling rouwgedichten, overlijdensgedichten is ontstaan uit een zoektocht naar een passend gedicht bij het overlijden van een dierbare. Bij elk gedicht staat de auteur vermeld. Wanneer dat niet zo is, dan weet ik echt niet welke auteur daar achter schuil gaat.
Als ik sterf | Bevrijding | Weg
|
Je “ik” verstaan
|
Laatste wens
|
Wanneer ik je vraag naar
me te luisteren en
je geeft me goede raad
doe je niet wat ik je vraag.
Wanneer ik je vraag naar
me te luisteren en
je zegt dat ik me niet moet
voelen zoals ik me voel
neem je m’n gevoelens
niet serieus.
Wanneer ik je vraag naar
me te luisteren en je denkt
van alles te moeten doen
om mijn probleem op te
lossen, help je me niet,
hoe vreemd dat ook klinkt.
Alles wat ik wil is dat je
naar me luistert !
Niets zeggen, niets doen,
alleen luisteren.
Ik kan zelf wel handelen,
ik ben niet zonder bronnen,
misschien moedeloos en
verward, maar niet
zonder bronnen.
Wanneer jij iets voor me doet,
wat ik zelf zou hebben
kunnen en moeten doen,
draag je bij aan mijn angst
en mijn zwakte.
Maar wanneer je het feit
accepteert dat ik me voel zoals
in me voel, hoe vreemd die
gevoelens je ook lijken,
dan kan ik ophouden met
mijn pogingen je te overtuigen
en kan ik eindelijk proberen
te begrijpen wat de
achtergrond van mijn
gevoelens is.
En als dat duidelijk is komen
ook de antwoorden en heb
ik geen raad nodig.
Zelfs vreemde gevoelens
hebben een zin,
wanneer men begrijpt
wat er achter steekt.
Misschien helpt bidden
daarom, soms.
Omdat God niet praat,
geen goede raad geeft
en niet probeert de
zaken te regelen.
Hij luistert alleen en
laat je zelf de problemen
oplossen.
Daarom bid ik je,
luister naar me.
En als je wilt praten wacht
op je beurt, dan zal ik
naar jou luisteren.
(auteur onbekend)
Oordeel
Oordeel niet hard, als
mensen u niet vatten,
Oordeel niet hard,
als men u niet begrijpt,
Gun hen de tijd om
ernstig na te denken,
Totdat hun geest en
hart dan zijn gerijpt.
Dan is het prettig met
hen saam te praten,
Over het goed’ en
mooie wat de schepper gaf,
Dan zullen zij ook eens
met ernst begrijpen,
Dat ’t leven verder gaat,
ook ná het graf.
( Alida Lübking)
Luisteren1
Luisteren naar elkaar
Zó van essentieel belang
Luisteren, Onontbeerlijk
voor een goede relatie.
Luisteren is open staan
voor de ander
Luisteren is geven en ….
ontvangen wat
de ander geeft
Luisteren is horen.
Maar horen wij wel
als we luisteren.
Of luisteren we alleen
maar zonder te horen.
Luisteren en horen
Onverbrekelijk
Luisteren naar elkaar
Horen naar de ander
Zo belangrijk
(Marinus van den Berg)
De ruimte ertussen
Jij en ik.
We kunnen elkaars handen vasthouden,
Elkaar omarmen, elkaar
liefhebben.
En toch zullen wij altijd twee gescheiden lichamen blijven.
Jij en ik.
We kunnen samen huilen,
elkaar troosten.
En toch zal ik nooit weten hoe
jij de pijn ervaart.
Jij en ik
We kunnen gezamenlijk in verwondering naar een
bloeiende wei kijken.
En toch zal jij nooit weten
hoe ik de kleuren zie.
Jij en ik.
Altijd zal er ruimte tussen
blijven. Een ruimte die ons
scheidt?
Nee, een ruimte die ons
verbindt. De ruimte die we
delen.
De ruimte waarin leven en
dood zich afspelen
De ruimte die het zijn is.
De ruimte ertussen.
Hier kunnen we onszelf
vinden
Omdat er geen ik en
jij meer is.
(Monique Dinichert)
Aula
Hoe praat je in een aula
over iemand?
Zeg je dan jij was of jij bent
Zeg je ik ken je of ik heb je
gekend?
Praat je tot jullie de
aanwezigen met troostende
woorden in de vorm van
een gedicht?
of
Zeg je wat je toch nog wilde
zeggen direct aan de overledene gericht.
Over de overledene niets
dan goeds
Nou, die stelling is behoorlijk achterhaald
want tegenwoordig worden
naast de goeie kanten ook
de onhebbelijkheden
aangehaald.
Dat doet geen afbreuk aan
de liefde die we voelen
Maar dat is anno 2012 een
tendens omdat we maar al
tegoed begrijpen
de overledene is ook maar
een mens.
Jan Th. Koeman,
( uitvaartbegeleider, PC-Hooft uitvaartverzorging)
Overgaan
Een brug van de een naar
de andere kant,
die leidt naar het beloofde
land.
Een mens die op die brug zal
gaan,
Op weg naar dat andere
bestaan.
Haar lichaam hier, haar geest
al daar,
In grote tweestrijd met elkaar.
Zij houdt nog vast, kan niet
meer praten,.
Al haar geliefden los te laten.
Haar ogen waren zoekend
rond.
Er zweeft een glimlach
om haar mond.
Dan is het of ze plotseling
zwicht.
En ze aanvaardt, gaat op
naar ’t licht.
uit: Een hart vol vragen van
Hennie Gerrits-Brink
Leven
Ik voel iets van een licht
in mij
Ik kan het niet verklaren
Ik voel het niet alleen
vandaag
Ik voel het nu al jaren
een licht dat ik niet
vatten kan
Het is iets onbeschrijfelijks
soms schijnt het fel en
dan weer vaag
nee, nee het is niets lijfelijks
Ik voel het licht maar
zie het niet
Het maakt ook geen geluid
maar zéker weet ik ,
aan het end
dan gaan we samen “uit”.
( Toon Hermans)
Ik ben een mens
Ze zeggen dat het went
de gaten in mijn hoofd.
Als je alles vergeten bent,
voelt het als verdoofd.
Wie ben ik? wat ben ik?
wie ben jij? wat wil jij?
Een glimlach, een warme hand,
dat is wat me verblijd.
ik hoef geen gezond verstand,
dat ben ik toch al kwijt.
Ik heb maar één mens.
behandel me tot het einde
als een mens!
M.C. Eberhart
Verdriet.
Daar binnen in mij woont
een ander dan ik laat zien.
Misschien, misschien
wordt ik in de loop der tijd
uit mijn binnenste bevrijd.
Wikken en wegen houdt
mij tegen.
Die binnen in mij heeft verdriet
dat je niet ziet.
Ook ik nog niet.
Maar ik voel het wel
als ik je dit vertel
.(Sip ter laan)
Zijn wij onderweg naar ‘iets’
of is het maar een reis van ‘niets’
leven tussen vreugd’ en pijn
zou dat werkelijk léven zijn?
is het leven—-zomaar leven
of een deel van ’t grote plan
soms kom je iets eeuwigs tegen
en héél even denk je dan:
dat het licht weer òp kan stralen
uit een diepe duisternis
en dat leven wordt geboren
uit wat al gestorven is.
(Toon Hermans)

maar af en toe een beetje.
En alle beetjes die je stierf,
’t is vreemd maar die vergeet je
Het is je dikwijls zelfs ontgaan,
je zegt, ik ben wat moe.
maar op een keer dan ben je aan
je laatste beetje toe.
Daar is geen kou, geen duisternis.
Geen mensen die elkander mijden,
Daar is gen pijn, geen droefenis.
Daar zal ik op je blijven wachten,
Mijn ogen steeds op jou gericht.
Opdat als jouw tijd is gekomen,
Wij samen opgaan naar het licht.
Licht is waar wij al naar streven.
Maar de mens bezwijkt zo vlug,
Luister toch en keer terug,
Naar het pad U steeds gewezen,
Want daar hebt U niets te vrezen,.
Als U samen met gaat met Hem,
Met Uw innerlijke stem.
Want de vrede wordt gesticht,
Door de liefde en het licht.
zo’n harde joekel op je kin
maar langzaam door
de knieën gaan
dat komt vaak
harder aan.
Een Handdruk
Twee in elkaar geslagen handen
het is altijd een geheim.
Het kan heel persoonlijk wezen
het kan ook een beginnen zijn.
Het kan troost zijn, medeleven
het kan steun zijn , woordeloos.
Het kan ook een afscheid wezen
voor altijd…meedogenloos.
Maar wat die handdruk echt
betekent wat het dan ook wezen
mag het geheim ligt tussen deez’
twee handen een troost, een steun,
een groet, een lach!
(auteur: Gert van Wakeren)
Verbondenheid
Reik over het graf je handen,
Het brengt mij steeds weer troost,
“k Verlang nar de momenten,
die je zó met mij verpoost.
Ik hoor dan zo je stemme,
‘k voel je aanwezigheid,
‘K weet dat je aan gene zijde,
voor mij een plaats bereidt.
Wij zullen samen toeven,
In Gode’s lichtfestijn,
Maar ‘k moet nog even
wachten,
Totdat ’t mijn tijd zal zijn
( Alida Lübking)
Luisteren2
Luisteren is al voldoende
Je denkt misschien dat je
wat moet zeggen.
Je denkt misschien dat je me op
moet vrolijken,
Je wilt me misschien weer
zien lachen en genieten.
Je denkt misschien dat je me
moet troosten en adviseren.
wat ik vraag: wil je nog eens
luisteren naar mijn verhaal
naar wat ik denk en voel,
je hoeft alleen maar stil te zijn.
mij aan te kijken, mij tijd te geven.
Je hoeft mijn verdriet zelfs niet
te begrijpen,
maar als het kan slechts te
aanvaarden zoals het voor mij voelt.
Je luisterend aanwezig zijn zal mijn
dag anders maken.
(Marinus van den berg)
De Brug
Breng jij mij op weg tot
aan de brug.
Ik ben zo bang om daar
alleen te staan.
Als we daar zijn, ga niet
direct terug maar wacht tot ik
overga en zwaai me na,
dan voel ik mij heel veilig
en vertrouwd
Breng jij mij weg tot aan
de brug.
Ik heb geen idee hoe diep het
water is,
De overkant lijkt mij zo ver.
Je kunt de oever hier niet zien.
Zover het oog reikt zie ik mist.
Ik twijfel aan het verdergaan.
“Je angst voor de dood is als je
angst voor het leven.
Het nieuwe lijkt te groot om het
oude op te geven.
In de diepte van het verlangen ligt
de kennis van het nieuwe leven
zoals een vlinder al weet van
vliegen in zijn donkere cocon.”
Breng jij mij tot aan de brug
en ga dan niet te vlug terug.
Zwaai jij mij na als ik er over ga.
Een heel klein duwtje in mijn rug
is alles wat ik nog verlang van jou.
Dank voor al je liefde en je trouw.
Ik ga nu gauw want het begin is
reeds in zicht,
ik voel de warmte van een licht.
( Toine Lacet )
Dit gedicht is als lied op CD te
bestellen via www.mananochoja.nl
Vrede
Vrede voor jou gewenst
nu je levensweg
steeds meer afbuigt
naar voorbij de laatste horizon
Vrede voor jou gewenst
nu het waken dichtbij is;
een tedere aanraking
een warme groet,
een vaarwel, op haar plaats is.
Nu de tijd verspringt,
wens ik je vrede tot slot
die alles heelt.
Nu wens ik je
een andere kracht
die jou verder draagt.
( Marinus van den Berg)
Geleend
Ze zijn ons maar geleend
de vele mooie dingen
die lief, vertrouwd en veilig
ons dagelijks omringen
Het is ons maar geleend
gezondheid, welvaart, leven
en wij pakken het aan
als was het ons gegeven
Het is ons maar geleend
alles waarvoor wij sparen
alles wat wij beminnen
alles wat wij bewaren
Ze zijn ons maar geleend
de vele aardse dingen
Ons onbetwistbaar eigendom
zijn de herinneringen.
(auteur onbekend)
Niet te bevatten
’t Is niet altijd te bevatten maar
sterven zullen we allemaal
Het uitgangspunt bij geboren
worden is dus bepaald niet ideaal.
Bij je geboorte begint de wekker
al te lopen.
Hoeveel heb ik of liever gezegd
rest mij nog.
En je hoopt dat tussen geboorte
en sterven
’t allemaal naar wens gaat toch?
De één blijft lang, de ander kort
Niemand weet hoeveel tijd men
heeft gekregen
De eindconclusie is hopelijk wel
mijn leven was
mijn grootste zegen.
Jan Th. Koeman,
(uitvaartbegeleider, PC-Hooft uitvaartverzorging)
Laatste wens
Ik ben niet bang om dood te gaan.
Ik ben alleen bang voor de manier
waarop.
Voor als het zover is, wou ik je
vragen of JIJ…..als het kan
ervoor wil zorgen,
dat ik niet in zo’n ziekenhuis
maar bij ons thuis.
Mijn laatste wens:
Mijn eigen huis, mijn eigen bed
en jouw intensive care.
( Paul van Vliet)
Als ik sterf
Eens wanneer ik dan sterven zou,
blijf ik toch heel dicht bij jou.
Dan wel niet meer in mijn vel,
verbonden blijven we toch zeker wel.
Misschien ben ik voor jou dan wel
alleen
een fijn gevoel, om even te laten
weten
dat ik het goed met je bedoel.
Een arm om je heen zal staan,
als de tijden niet zo voorspoedig
gaan.
Ik zal dan zelfs nog vaker bij je zijn
dan ik nu ben,
Omdat ik aan Gene Zijde
geen beperkingen ken.
De dood brengt ons eigenlijk.
al klinkt het raar,
juist dichter bij elkaar.
( Trudy v. Oostveen-wolters)

De Dood
De dood is niet braaf
en de dood is niet stout
de dood is niet jong
en de dood is niet oud
de dood is geen warmte
geen ijzige kilte
de dood is een veilige
heilige stilte
(Toon Hermans)
Loslaten1
Loslaten wil zeggen onthechten
Om niet meer te hoeven vechten
Tegen de normen en de waarden
van ons dagelijks bestaan.
Die ons beperken om verder te gaan
Loslaten is ja zeggen tegen het leven
Kijken naar de mogelijkheden
Die ons van moment tot moment worden gegeven
Onze problemen zien als lesmateriaal
En als je de ander niet jouw moeilijkheden verwijt
Groei je naar je eigen identiteit.
Loslaten is op eigen benen staan
En de ander zijn eigen weg laten gaan
Zo komen we meer in evenwicht
En wordt onze energie beter gericht
Zo kunnen we een andere weg inslaan
En daardoor beter onze zekerheden aan
Loslaten is jezelf durven zijn
Ook al doet dit soms vreselijk pijn
Loslaten is niet bang zijn een ander
te krenken
Door je angsten te overwinnen
Komt geleidelijk het vertrouwen naar binnen
En als de angst geleidelijk verdwijnt
Is het alsof de zon van binnen uit schijnt.
(auteur onbekend)
DE ZIEKE 1.
Verder van de wereld weg
elke dag een beetje
dichter naar de hemel toe
elke dag een treetje
(Toon Hermans)
Je “ik “verstaan
Je hebt er moed voor nodig
jezelf te doorgronden.
Je hebt er kracht voor nodig
alle facetten binnen jezelf te doorstaan.
Je hebt onbeschrijflijk veel
geduld nodig om het
zogenaamd negatieve
binnen jezelf te
doorschouwen.
Je hebt je eigen liefde nodig
om je “ik” zelf te verstaan.
Dan … heb je begrip voor
al die anderen
die hebben ook die
reis te gaan.
Jij reist persoonlijk, alleen,
gelijk met al die anderen
Non-verbaal gedeeld …
is uiteindelijk ook verstaan.
(Riet Sneiders, Rotterdam)
Loslaten2
Wanneer de draad steeds
dunner wordt,
En hij glipt U uit de handen.
Dan lijkt het moeilijkste
moment,het verbreken van
de banden.
Heb dan geen angst en geen
verdriet.
maar zie het als een wonder.
dat hij U uitverkoren heeft.
Dat is toch heel bijzonder.
Er is geen afscheid zo U weet.
U hebt erbij gewonnen.
Daar U terugkeert naar de Bron,
waar U ooit eens bent begonnen.
Al wie met U verbonden zijn, moeten
zich bezinnen.
Dat sterven toch geen einde is,
Slechts een opnieuw beginnen.
( Hennie Gerrits -Brink)
Afscheid
Zachtjes van ons weggegleden,
Als een stofje op de wind.
Ach je hebt genoeg geleden,
Kom ik haal je thuis m’n kind.
Veilig in de Scheppers armen,
Vangt je nieuwe leven aan.
Zonder angst en zonder pijnen,
Niets zal daar nog van bestaan.
Vrienden wees niet te verdrietig,
Om hetgeen ge hebt verloren.
Weet er wordt bij ieder afscheid,
Een herinnering geboren.
Heb geen bittere gedachten,
Om hetgeen God neemt of geeft.
Diep van binnen is Uw weten,
Dat de mens voor EEUWIG leeft.
(Hennie Gerrits-Brink)
Een lang leven
Als je leven is afgelopen,
en je taken zijn volbracht.
Dan is het stil-aan tijd,
om naar ‘de andere kant’
te gaan.
Je gaat dan door een tunnel,
soms licht, maar ook zwart.
Maar altijd wordt je aan de
andere kant,
door een engel opgewacht.
Het kan ook een opa of
een oma zijn, of een
goede vriend van jouw.
Maar steeds is daar
iemand, ze blijven je
heus trouw.
Dan wordt je naar een
plaats gebracht,
waar je lekker fijn kunt zijn.
Waar je tot rust kunt komen,
en ze maken er ook nog gein.
En als je dan na een tijdje,
een beetje jezelf weer bent.
Dan kun te terug naar de
aarde, naar de mensen
die je goed kent.
Als ik zó aan doodgaan
denk, ben ik niet meer
zo bang,
dan denk ik alleen,
wat leef ik lang….!!!
A.P. Mosk
*1-7-1929— †25-3-2000
Overdrachtelijk dankwoord
Mijn leven was de moeite waard
helaas ’t is ten end
Genoot zo van m’n eigen deel
Voelde me daarmee erg verwend.
Je kunt niet allen honderd worden
Een enkeling bereikt dat maar
doch ik ben uiteindelijk wel
tevreden met mijn
acht-en-tachtig jaar.
Nu ga ik weg en kom terug
Jullie zijn hier voor een
laatste groet
Dat waardeer ik zeer bijzonder
vanuit mijn hart
’t Ga jullie goed.
Ik heb geleefd, ik werd geleefd
Maar dat deed ik niet voor niets
Want dat jullie van me hielden
Dat voelde goed,
Dat was pas iets.
Jan Th. Koeman,
(uitvaartbegeleider, PC-Hooft uitvaartverzorging)
Je bent niet dood
Je bent niet dood -de Heer
heeft je gewoon geroepen
Bij hem te wonen in Zijn
glanzend huis.
Je hoeft geen rust en vrede
meer te zoeken,
Je hebt ze nu- want je bent
veilig thuis.
Je bent niet dood- je mag
voor eeuwig leven
Je bent verlost van
onvolkomenheid,
Van pijn en van verdriet,
GOD zal je geven
Een onbegrensd geluk in onbegrensde tijd.
Je bent niet dood- Maar ach,
ik zal je missen
Zoals een mens de meest
geliefde mist.
De jaren van geluk zijn nooit
meer uit te wissen
En ik geloof: God heeft zich
niet vergist.
(A.M.E. Pachter)
Aan wie dan wel
Als ik aan jou
Mijn kwetsbaarheid en kracht
Niet kan tonen
Aan wie dan wel?
Als ik met jou
Mijn vragen en verwachtingen
Niet kan delen
Met wie dan wel?
Als ik met jou
Mijn vreugde en vervulling
Niet kan vieren
Met wie dan wel?
Als ik aan jou
Mijn vreugde en teleurstelling
Niet kan laten zien
Aan wie dan wel?
Als ik bij jou
Mijn verdriet en pijn
Niet mag onthullen
Bij wie dan wel?
Je hoeft niet het antwoord te zijn
Op mijn vragen
En evenmin de pleister
Te zijn op mijn wonden.
Ik hoop alleen mezelf te zijn
In contact met jou
En samen oprecht te zijn
In wederzijds delen.
Als ik bij jou net mag
Bij wie dan wel?
….bij wie dan wel?
Uit de poëziebundel:
“een lange pleite in liefde”
Sterven doe je niet ineens,
maar af en toe ’n beetje
en alle beetjes die je stierf,
’t is vreemd, maar die vergeet je,
het is dikwijls zelf ontgaan,
je zegt ik ben wat moe,
maar op ’n keer dan ben je aan
je laatste beetje toe.
(Toon Hermans)
De dood is niet braaf
en de dood is niet stout
de dood is niet Jong
en de dood is niet oud
de dood is geen warmte
geen ijzige kilte
de dood is een veilige
heilige stilte
(Toon Hermans)
Ik zie je vliegen naar de zon,
Je vrijheid tegemoet.
En als ik je zo stralend zie,
Dan weet ik het is goed!
Kijk dan niet één keer achterom,
Beleef alleen het NU.
En je vertrouwen in HET AL,
Dát is je paraplu.
(Hennie Gerrits-Brink)
